Karel van het Reve. Lenin heeft nooit bestaan. Amsterdam: Van Oorschot, 2009 (1972)

Ik herinner me Karel van het Reve. Ik zag hem soms in de koffiekamer in het gebouwtje waar ik inmiddels af en toe werk. Hij nam er pauze van een college, net als wij, en sprak dan met studenten. Hij had altijd hetzelfde plastic zakje bij zich.

Ik geloof dat hij inmiddels eigenlijk geen echte onderzoeker meer was. Heel veel onderzoek heeft hij in de loop der jaren niet geschreven. Wel werd hij essayist, waarin Rusland en de Russische literatuur – het laatste was zijn leeropdracht – een belangrijke rol speelden.

In Lenin heeft nooit bestaan (ik las het in het Verzameld werk) zijn enkele van die essays uit de vroege jaren zeventig bij elkaar gezet. Het is van alles en nog wat: een lange recensie van Omzien in verwondering van Annie Romein, besprekingen van bekendere en minder bekende Sovjet-auteurs, en ga maar door. Het interessantst is, vind ik, een door die stukken heen gevlochten 'dialoog' tussen twee naamloze figuren waarin interessante gedachten over het karakter van kunst en, vooral, van ironie uiteen worden gezet. Het laatste wordt gedefinieerd als 'geveinsd veinzen': je veinst dat je iets meent ('Dit is mijn zeergeleerde collega'), maar op zo'n manier dat de ander niet denkt dat je het echt meent.

De vraag is nu of Van het Reve er beter aan had gedaan niet dit soort essays te schrijven, maar in plaats daarvan wetenschappelijke artikelen met voetnoten en een verantwoording van de gebruikte methodologie. Dat is een oprechte vraag. Enerzijds zou je kunnen zeggen: die artikelen zouden dan nu waarschijnlijk allemaal vergeten zijn en weinig hebben bijgedragen. Anderzijds zou je kunnen zeggen: in een wat strakkere wetenschappelijke vorm hadden anderen er beter op kunnen voortbouwen, want door de essayistische stijl is het moeilijk systematische kritiek op de voorgestelde theorieën voor te stellen.

Maar gelukkig hoeven we niet meer te beslissen of Van het Reve wel hoogleraar mag zijn. Hij is al decennia niet meer in de koffiekamer gezien.

Reacties

Beste Marc van Oostendorp,
uw stukjes lees ik vaak met genoegen, ook ditmaal weer. In uw vraag mbt tot enerzijds/anderzijds ligt het antwoord voor mijn gevoel al besloten. Ik heb de indruk dat Karel van het Reve er voor koos geen wetenschappelijke artikelen te schrijven omdat hij een ander mechanisme meer doeltreffend vond: prikkelen. In zijn verzameld werk zijn veel van dergelijke korte prikkeldocumenten te vinden. Ruim veertig jaar na hun ontstaan zetten ze nog steeds een vrij groot publiek - inclusief uzelf - aan tot overpeinzing. Ook dat is 'voortbouwen op', zij het op een ander niveau en andere wijze.
Met vriendelijke groet,
Peter van der Ploeg

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.