Thomas Mann. Doktor Faustus. Frankfurt am Main: S. Fischer Verlag, 2010 (1947)

Soms moet je rijp zijn voor een boek, moeten alle omstandigheden er zijn: je moet zelf genoeg hebben meegemaakt en genoeg hebben gelezen, je moet de tijd hebben, je stemming moet net ontvankelijk zijn, ontvankelijk genoeg ook om vol te houden.

Dat ik ooi Doktor Faustus zou lezen, weet ik op zijn minst sinds ik het boek bijna 25 jaar geleden van mijn grootvader leende. Voor ik het terug kon geven zou hij overlijden, maar jarenlang kwam ik nooit verder dan pagina 60 of zo, ook niet nadat ik een paar jaar geleden een e-boekversie kocht. Wel las ik ondertussen Die Zauberberg, Buddenbrooks, Tod in Venedig.

Maar nu is het er toch van gekomen en las ik ineens, in tweeëneenhalve dag dit boek en nu ik dit schrijf ben ik er nog van onder de indruk, wat een rijk, wat een machtig, wat een diep melancholisch, wat een diepzinnig, wat een prachtig boek. Wat ben ik blij dat ik dit nog tijdens mijn leven mocht meemaken, deze leeservaring. Geen enkel ander boek van Mann, en weinig andere boeken überhaupt, hebben zo'n indruk op me gemaakt.

Dit is het grote Duitslandboek, geschreven in precies de jaren dat ieder ideaal dat je over Duitsland kon hebben volkomen in elkaar stortte – de jaren dat Duitsland ieder beetje eer en goede naam verloor, de jaren van de oorlog. Het gaat daarover op een tegelijkertijd directe en indirecte manier, doordat het 't verhaal vertelt van een Duitse kunstenaar die in de jaren 10 en 20 gek wordt en/of zijn ziel aan de duivel verkoopt én tegelijkertijd verteld wordt door een vriend van die kunstenaar die in het nu leeft, het nu van de laatste oorlogsjaren.

De structuur van een meesterwerk is vaak zo dat je je eerst door een paar honderd bladzijden heen moet werken en het boek gaandeweg toegankelijker wordt. Die eerste paar honderd bladzijden hebben in dit geval wel erg veel theoretische beschouwingen (vooral het politieke gepraat van studenten van meer dan honderd jaar geleden), maar gaandeweg neemt het verhaal het daarvan over. En natuurlijk vallen ook die politieke en andere verhalen daarin uiteindelijk in hun plaats.

Doktor Faustus is een onmogelijk boek, een boek over de onmogelijkheid om nog kunst te maken, en al helemaal niet in het Duits, een boek over hoe verschrikkelijk het leven is, een intens treurig boek, een waanzinnig boek. Een boek dat tientallen jaren op je kan wachten en je dan ineens bij de kladden grijpt.

Reacties

Ja, Doctor Faustus is een meesterwerk, het staat zeker op dezelfde hoogte als De Toverberg.

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.