{P}. Michael White. Leonardo. The First Scientist. New York: St. Martin's Griffin, 2000. Als ik had opgelet, had ik dit boek niet gekocht, want het andere boek van White dat ik las vond ik ook al niet geweldig. Maar ik had niet opgelet en het leek me een aardig en interessant onderwerp. Dat is Leonardo da Vinci ook, maar niet als er de hele tijd een mannetje voor gaat staan, die zegt dat Leonardo een groot genie is en dat we zijn eigenaardigheden wel in het licht van zijn tijd moeten zien. Leonardo was wel degelijk een echte ' scientist', ook al was hij niet erg goed in wiskunde. Dat je goed moet zijn in wiskunde als 'scientist' is namelijk een moderne uitvinding, die in Leonardo's tijd nog niet gold. Dat Leonardo zelf zei dat wiskunde enorm belangrijk was voor een wetenschapper, dat laat alleen maar weer eens zien dat hij zijn tijd ver vooruit was. Dat soort redeneringen.
Leonardo was natuurlijk een onbegrijpelijke figuur waarover bovendien nog niet eens zo gek veel bekend is. Je hebt er weinig aan om dan maar een beetje te speculeren. Interessanter zou denk ik een boek zijn dat Leonardo als brandpunt neemt van zijn tijd, als uitgangspunt om meer te kunnen vertellen over die interessante periode waarin hij leefde. Wat kon iemand die zo slim en ambitieus als Leonardo was toen weten?
Goed onthouden: nooit meer boeken van Michael White lezen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.